zaterdag 25 maart 2017

Montserrat


Na een perfecte oversteek liggen we in Little Bay. De douane beambte is uiterst behulpzaam. Laat Rommy alvast naar de Haven Autoriteit gaan, terwijl ik de boot en paspoortgegevens invul. To kill time, zegt hij. Heel bijzonder. Er is wat swell, het schommelt licht, maar daar slaap je goed op. We worden ’s nachts alleen opgeschrikt door de fluit (hoorn voor de landrotten) van de veerboot. We liggen midden in zijn aanloop naar de kleine jetty. Wij niet alleen, we waren gewoon bij de andere boten gaan liggen. Met veel lawaai gaat de veerboot rakelings tussen ons en een Engels bootje door. Om ons te laten schrikken? Bad seamanship. ’s Morgens gaan we een stukje verder liggen. Onze ankerprocedures zijn al zo ingesleten, dat dat geen probleem meer is. Alleen klaagt Rommy over mijn kleine gebaren. Ik geef aanwijzingen (vooruit, achteruit, rechts, links) in de stijl van Gergiev. Klein, soms maar het opheffen van een pink, maar alles zit erin. Het vergt grote oplettendheid van het orkest.

Het uitzicht op de voormalige hoofdstad Plymouth is indrukwekkend. Wat daken en bovenverdiepingen steken boven de as uit. Ook het scorebord van het cricketveld staat in de asvlakte. De as is vruchtbaar, zodat alles dichtbegroeid is. Dat maakt het op het eerste gezicht wat vriendelijker. We lopen door een hotel: zwembad vol met as, alle zalen bedekt met 20 cm as. De as is het enige exportproduct, er zijn vier bedrijven die het fijnmalen en als bouwstof verkopen. Moet je aan denken, als je Montserrat op een cementzak ziet staan. Er kwamen 19 mensen om, boeren die de exclusion zone waren binnen geglipt om hun vee te verzorgen. In het Observatie Centrum was een film te zien over de uitbarsting. Het was een reeks explosieve uitbarstingen en de lava was dik als tandpasta. Rotsblokken van meters doorsnede werden de lucht in geslingerd.


We steken de rivier over die bij Plymouth in zee stroomt. De brug van voor de uitbarsting moet 2 meter onder ons onder de as liggen, nu loopt de weg door de bedding naar de overkant. Bij hevige regenval komt er water dat weer as en stenen meesleurt, dan kan je niet oversteken. Hier zijn de vier asbedrijven. De baai is nu een landtong. Ten zuiden van de rivier mag niemand meer wonen. Voorlopig. De huizen van de ministers en de rechter in de heuvels zijn niet getroffen, maar staan al 20 jaar leeg.



Vanaf het observatorium heb je goed zicht op de Soufriere Hills Vulcano, die onafgebroken stoom uitstoot, zodat hij steeds in een wolk is gehuld.


Aan de noordkant wonen nog 4000 mensen, die blij zijn, dat ze niet in een flat bij London zitten zoals de meeste evacuées. Het ziet er allemaal fris en schoon uit. George Martin had hier een opnamestudio en heeft samen met artiesten het cultureel centrum bekostigd. Het witte hotel waar de artiesten verbleven ligt prachtig. De oude studio lag in het rampgebied. De Stones, Boy George, iedere taxichauffeur heeft ze wel eens rondgereden.



Ik vroeg op Antigua een man met rastahaar en oude auto of je het huis van Clapton kon zien. I wish I could. Can you? I meant, can you see it from the road, I thought you were local. I look local, yeah, the hair, I am not. He was the best. Jimmy was the best. Yes. See you man…


Michel van de Nederlandse van der Stadt, die verderop is komen liggen komt langs. We vertellen over onze tocht naar Plymouth. Ik had hem gezien op Tenerife, maar niet gesproken. Ze hebben de halve overtocht met de hand gestuurd. De aandrijfriem van de electrisc he stuurautomaat brak en ook de reserve riemen braken meteen. Oorzaak: de riempjes zijn versterkt met metaalweefsel, dat oxideert. Ook de reserve riempjes die je tegelijkertijd met de automaat kocht oxideren en breken. Weer wat geleerd. Ze hadden een duikschool op Gran Canaria en kunnen onderweg wat bijverdienen als instructeur. Genoeg om zonder haast de wereld rond te gaan.



Er kwam ook een Nederlandse catamaran binnen, die leek te gaan ankeren in de vaarroute van de veerboot. Ik riep naar ze, maar het bleken Polen te zijn. Nee, er werd toch nog een Nederlander opgeduikeld. Toen begrepen we elkaar.

Het wordt tijd, dat wij belasting gaan betalen over onze boten.



Er legt een grote bak met sleepboot aan. Een heel gedoe met touwen naar de kant. Zandauto's komen aanrijden. We gaan het meemaken: de export van vulkanische as. De vrachtauto's rijden leeg de bak op en een shovel vult ze met stenen. Stenen? Stenen genoeg toch? Als we met de dinghy water gaan halen vraag ik uitleg bij de opzichter. Het zijn stenen voor de wegenbouw. Harde stenen. Hier zijn alleen maar zachte stenen, die water absorberen. Duidelijk. We halen water uit een kraan bij  de douane. Jay, de commodore van de zeilclub wees ons de kraan achter de bosjes. De haven vraagt $ 75,00 voor water. Ze hebben alleen formulieren voor grote passagiersschepen en die beginnen bij 1000 gallon. Gisteren vroegen ze hoeveel passagiers er onderweg waren overleden.

De jetty is veel te klein. Men is al twee keer begonnen aan een grotere, maar de projecten werden afgeblazen Vier miljoen Pound verspild. Maar het is een prachtig eiland.













Geen opmerkingen:

Een reactie posten