woensdag 29 november 2017

A Hollywood Cut in Jax


De rivier op naar Jacksonville lijkt op de tocht naar Antwerpen. Containerhavens, olieterminals, passagierterminals en dan om de laatste hoek ligt de stad. Achter de grote hefbrug zou een city-steiger zijn voor 50 boten, helaas is driekwart vernield door de hurricanes. Maar we vinden een plek voor Lionn Mac Cook, het Ierse café.


Maar we kwamen voor de cultuur: op het pleintje tussen de restaurants is een contest voor honden met kersttruien. De verkiezing voor de lelijkste kersttrui en voor de mooiste kersttrui. Honden met kersttruien, ik herhaal het nog maar een keer. Ik maak driftig foto’s van de honden met trui en hun baasjes. De grote honden ondergaan het gelaten, de kleine hondjes lijken het leuk te vinden en de bazen vinden het geweldig.

Op het terras van het Ierse café spelen ’s avonds 2 doedelzakspelers. We maken een praatje. Ze komen uit Berlijn, maar spreken nauwelijks Duits. De 2 mannen die er bij staan zijn airline piloten. Als ze horen, dat we de oceaan zijn overgestoken zijn ze sprakeloos van  bewondering. Piloten, die in Irak hebben gevlogen vinden ons moedig....   We praten nog een tijd over Amerika, beleefdheid in het Zuiden, van Persie, Robben en de Ronde van Vlaanderen. Weer zo’n onverwachte bijzondere ontmoeting.

Het is een zware betonnen steiger waar we aan liggen, toch is het grootste deel stukgeslagen door de hurricane. Ook aan de gevels op de kade zie je nog schade. Langs de Waterway zie je nu geregeld boten op de wal liggen. Soms zijn ze honderden meters het riet in geschoven. Die zullen niet zoveel schade hebben opgelopen in de modder en het riet, maar hoe krijg je ze er weer vanaf?



In Jacksonville is elke straat een Weena. Veel parkeergarages en af en toe een mooi oud kantoorgebouw. Mooie muurschilderingen. We lopen een 2e hands boekhandel binnen. Binnen zien we pas hoe groot het is, deze vestiging Chamblin heeft 8000 boeken en uptown is een vestiging met 23000 boeken. We weten ons te beperken tot Hemingway, Franzen, Inerley, Kant en Hobbes. En de dvd’s Midnight in the garden of Good and Evil, de Savannah film. En Forest Gump.



We lopen de grote hefbrug over en stappen aan de overkant op de monoraiI. Als hij aan komt rijden, zie ik tot mijn schrik geen bestuurder. Het blijkt een soort rollercoaster, die hard over de brug scheurt en schuin in de bochten hangt. Hoog boven de grond.... Om bij te komen bezoeken we één van de 13 breweries. Na wat proefglaasjes kiezen we een Kölsch en een double IPA. We houden van breweries.



Er is een Israelische catamaran voor ons komen liggen. De boot heet El bon viento, zij is Spaanse. Weer naar de boekhandel om een stapel boeken in te leveren voor een credit van $ 15.00, waar ik een Franzen en American Future van Schama voor koop. Dan gaan we beiden naar de kapper, verschillende kappers en we zijn allebei tevreden. De Hollywood Cut Barbershop is een belevenis: reggae muziek, kunst aan de muur, intelligente gesprekken, perfecte haircut. The best haircut I had this trip, it was a 9, thank you Chris. Corey check out the fb page of Schorum, the barbershop in Rotterdam. They have a movie. De kapster Chris is ook heel tevreden en maakt buiten op de stoep foto’s van mijn hoofd. I felt like a moviestar. I still feel like a moviestar.



Omdat de hefbrug beperkte openingstijden heeft, gaan we om 16.15 uur door de brug en leggen aan bij een parkje voor het honkbalstadion. Er lopen wat zwervers in het parkje, we liggen er als enige, midden in de stad voelde toch veiliger. Maar nu kunnen we morgen weg wanneer de stroom gunstig is. De temperatuur is opgelopen tot in de seventies, dat is rond 25 Celcius.


zaterdag 25 november 2017

Georgia, Georgia, the all day long (Ray Charles)



Traveling is a fools paradise (Emerson). Hij bedoelt: je neemt jezelf overal mee naar toe, reizen is geen ontsnapping. Waar, maar toch kan een omgeving je gelukkig maken, zoals Georgia. 200 km Oostvaarders Plassen. Kronkelende rivieren en dan weer een monding naar zee. Alleen riet en bossen in de verte. Dolfijnen en pelikanen zijn druk bezig vis te vangen. Wij ook, maar zonder resultaat.
Georgia was de 13e en laatste staat in het begin van Amerika. Ze lopen nog steeds een beetje achter. Het is het Drenthe van Amerika. Maar Savannah is het mooiste stadje, dat er bestaat.



Weinig zeilboten op dit stuk van de Intra Coastal. Er zijn veel ondiepe stukken en de riviermondingen zijn bij harde wind onstuimig. In de monding bij Brunswick moet je zelfs de zee op tot vlak achter de branding. De Canadese zeilboot, die een mijl voor ons uit vaart, meldt een gekapseisde rode catamaran bij de kustwacht. De kustwacht vraagt een foto te sturen en als de catamaran uit de vaargeul is gedreven, is er geen distress meer volgens de kustwacht (geen dode zeilers verstrikt onder de boot? zal dan wel). Dan, na 80 km riet staan er ineens 3 grote loodsen. Ze zijn van de nucliaire onderzeeboten. Als mensen vragen van welk land onze vlag is, zeg ik vaak: Noord Korea. Een grap die je hier niet moet maken. Ze vinden het trouwens nooit leuk, maar ik wel.


Bij St Mary’s ankeren we tussen welgeteld 38 boten. We zijn hier voor het cruisers potluck Thanksgiving diner in het stadje. Lijkt ons leuk om mensen te ontmoeten. Alleen blijkt, dat we hadden moeten reserveren. 38 boten, dat zijn meer dan 100 mensen, dus alles is georganiseerd. Jammer. We kennen de potlucks waar iemand langs de boten gaat om tijd en plek te vertellen. Men komt dan bijeen op een strandje of een dock en het is altijd erg gezellig. De volgende dag treffen we boaters op de dinghy-steiger, die ons meetronen naar de afscheidsborrel. Oude koppen, leuke gesprekken en contacten voor de verdere reis. Een vrouw uit Australië heeft 4 jaar in Vlissingen gewoond en spreekt aardig Nederlands.

We gaan een nog een dag naar Cumberland Island, een 32 km lang natuurgebied met wandelroutes en onder beheer van de Park Rangers. Goede lui, ze beheren parken, monumenten en kastelen. Je treft ze ook in Manhattan waar ze een homoparkje met monument beheren. En altijd enthousiast, deskundig en in onberispelijke uniformen.


Vroeger waren er katoenplantages op Cumberland Island. Na de afschaffing van de slavernij was dat niet rendabel en kon Carnegie de landerijen kopen. Hij bouwde een kasteel van een mansion. Zijn 7 kinderen groeiden hier op en bouwden later hun eigen landhuizen. De latere erven deden het eiland over aan het National Park Foundation. Eén mansion staat er nog, de anderen zijn ruïnes. Door de bossen lopen mijn favouriete trails: die met bordjes. Of eigenlijk met genummerde paaltjes en een kastje met tekstblaadjes aan het begin. Live oaks, cabbage palm, spanish moss, devilwood, staggerbush, devil’s walking stick, je loopt als stadjer het pad op en je komt er als halve bioloog vanaf. En dat voor een fee van $ 7.00 per persoon, die je in een kastje moet stoppen, wat we niet deden, want we hadden alleen biljetten van twintig. No big deal zegt de Park Ranger, nadat hij uitgelegd hoe de kastjes door 2 Rangers worden gelicht en naar de wal gebracht, waar ze onder het oog van een derde Ranger worden geteld en geregistreerd. No big deal betekent zoiets als: maak je niet druk, laat maar zitten. Georgia...

Georgia on my mind, is niet oorspronkelijk van Ray Charles. Maar hij maakte de song wel beroemd of de song maakte hem beroemd. 

Voor de 200ste keer halen we de BB-motor van de dinghy en leggen de dinghy omgekeerd op het dek. We gaan richting Jacksonville, de grootste stad van Florida. Na zoveel natuur zijn we toe aan wat cultuur.


maandag 20 november 2017

Life is a box of chocolats


De man gaat het café binnen en de motor van zijn grote 4WD blijft lopen. Als ik binnen ben zie ik  hem uitgebreid met iedereen staan praten. Sir, you let your motor running - It’s my car, I can do what I want with it - But it is my air - It’s a free country, I can do what I want - But it’s my climate, sputter ik nog....

Beaufort SC is weer beeldschoon. De mooring kost $ 20 met douche en de leenauto om naar de supermarkt en West Marine te gaan. We hebben een nieuwe handheld marifoon nodig voor het contact met bruggen en aanlegsteigers. De leenauto heeft een lekke uitlaat. Om niet teveel lawaai te maken, rijdt ik 25 in plaats van 35. Niemand stoort zich er aan.


Na 50 nMijl voor de wind gooien we het anker uit achter in de Turner Creek. Over een drempel van 1,1 meter komen we binnen. We zijn in Georgia, het verval is hier 9 voet. Er is een marina, waar je de dinghy kan leggen. Aan de weg is een supermarkt, hardwarestore, bar en de bus naar Savannah.



De marina is vervallen en verlaten. De bar Cheers lijkt al jaren dicht. De bus voert ons door arme woonwijken en wij zijn de enige blanken in de bus. 


Savannah is heel mooi. Een waterfront met pakhuizen en een raderboot, brede straten met live oaks en oude huizen. Om de 2 straten een parkje met een standbeeld. We wandelen lekker in de najaarszon naar het Civil Rights Museum aan de Martin Luther King Blvd. De sit-ins, massmeetings en de boycot van de winkels in de hoofdstraat waren hier erg goed georganiseerd. Zonder rellen of geweld is hier de segratie afgeschaft. Een waterkraan for coloured only is schokkend en een orgineel KKK kostuum is angstwekkend. Binnenkort krijgen ze het uniform van de 1e zwarte politieagent, hij is 94 en heeft het uniform bewaard.


In de volle bus terug stappen later nog 2 blanken in. Een hele dikke kale man met getatoeëerde armen in een hemd. White supremacy, mompel ik. Misschien is hij wel heel aardig, zegt Rommy. Misschien is het wel een professor, zeg ik. Maar dat wil er bij Rommy niet in.



We drinken wat in een bar aan de weg, waar football op alle schermen is te zien. Als Savannah scoort krijgen we een touchdown-shot van het huis. Als we langs de vervallen bar naar de steiger lopen zien we mensen met een glas in de hand achter de kapotte ramen. Cheers is open! De deur gaat krakend opzij. In het donker onderscheiden we een bar met mensen rondom. Op een schoolbord een lange bierlijst. Een hoppige IPA voor mij. Rommy neemt een flesje Yingling, het oudste Amerikaanse merk. We zitten op het terras in de ondergaande zon en ontmoeten een Canadese biker (Ducati) die ook bij een vliegtuigfabriek heeft gewerkt. We praten over ouder worden en gezond blijven. Bekend onderwerp op onze leeftijd.


Nog een tweede dag in Savannah, nu met de fiets en een gids de historische stad verkennen. De 22 parkjes liggen zo, dat de auto’s elke 2 blokken moeten afremmen. Je kan onbekommerd fietsen. In een parkje is de life is a box of chocolats uit Forest Gump opgenomen. Alleen er is geen bankje, er was nooit een bankje, het bankje was van de filmset en staat nu in het Savannah Historisch Museum. In 1994 kwam het boek Midnight in the garden of good and evil uit, dat heeft het toerisme vertienvoudigd. Ook een film van gemaakt hier in Savannah. Regie Clint Eastwood. We eindigen de dag in de locale brewery. Ik zal niet weer de bieren opsommen.


15 nMijl verder ligt Hell Gate, een nauwe ondiepe snelstromende doorgang, te nemen bij stijgend water. Dat komt op dit moment slecht uit, we zouden in het donker deze kreek uit moeten varen. Beter een dag te wachten en wat klussen te doen. De laatste avond zitten we in de bar met Joyce en Matthew, een jong stel uit New York, ook op weg naar het zuiden. Ze zijn geschokt als we onze zwarte Piet beschrijven. Amerikanen zijn een stuk gevoeliger over etnische stereotypen. 
In Nederland is het ook koud, Feyenoord speelt weer waardeloos en de witte Friezen willen een zwarte Piet. We blijven nog maar een winter weg.

Klusen: stopcontact voor de tablet in de kuip, lieren gesmeerd, ketting aan het reserve-anker, ketting aan het dinghy-anker.
Puorto Rico wordt lastig, geen electriciteit, de baaien vol gezonken boten, verkrijgbaarheid van water en diesel is onzeker. Misschien beter van de Bahamas naar Bermuda?

woensdag 15 november 2017

Oriental en Beaufort revisited





Terug in Oriental, North Carolina. We liggen aan het gratis town dock tegenover The Bean, het koffiehuis waar het hele stadje binnenloopt. Alle nieuws wordt uitgewisseld en van commentaar voorzien. Af en toe staat iemand op om zijn koffiebeker bij te vullen en ondertussen lullen ze maar door. Ik zit met een cappucino te lezen, maar raak snel in de gesprekken betrokken. De één na de ander komt aan mijn tafeltje zitten. Aan de hand van Google Maps wijst een man mooie eilanden in Georgia aan. Op één ervan leefde hij in een hippy-commune. Later, Rommy is er bij komen zitten, komt een vrouw komt binnen en zegt: blijf op afstand want ik krijg chemo, ik kwam alleen maar om te vertellen dat ik mijn auto vandaag niet gebruik, dat de boaters hem kunnen lenen.  Op een meter afstand van elkaar praten we over haar vriendin, die in Leiden is gepromoveerd. Wij werden gisteren door de cheffin van de supermarkt overal naartoe gebracht. Er is een tweedehands watersportwinkel, de sleutel van de winkel krijg je mee van de autohandelaar ernaast. Zo’n stadje dus.

Een bekende hier in town is Martijn Dijkstra. Hij komt uit Bruinisse en vaart al 11 jaar langs deze kust. Hij haalt spullen van gezonken boten en verkoopt ze. Hij repareert oude spullen en knapt zijn grote stalen Colin Archer op. Hij bouwt motoren om en zet masten recht. Hij ziet er naar uit om straks naar St Maarten te varen en spullen van de gezonken boten te halen. Handige kerel, aardige kerel. Hij spreekt Amerikaans met een Zeeuws accent.



In Oriental stemmen ze Democraten, de gepensioneerde professoren en journalisten. In de omgeving stemmen de plattelanders Trump. We praten over Updike: suburb missery. De oude vrouw zegt: you learn the most from fiction. Helemaal mee eens: Updike, Franzen, Mc Innerly en ook Hemmingway, Steinbeck en  Faulkner zijn de beste leerboeken over Amerika. 


We willen eigenlijk nog een dag blijven, maar we willen ook graag naar Beaufort om Hamish en Dorothy weer te zien. Uiteindelijk varen we toch naar Beaufort, kan ik vrijdag nog een keer aan de Tai Chi klas meedoen.
We ankeren weer in de Taylor Creek. De New York Times brengt 5 metoo beschuldigingen aan het adres Louis C. K. mijn favouriete komiek. Hij is zo goed en wat nu? Hij blijft natuurlijk goed, maar moet ik er niet meer naar kijken? Gewoon een verschil maken tussen de komiek en de persoon? Twee dagen later publiceert Louis C. K. een brief waarin hij erkent, dat hij het niet hadden moeten doen. Hij deed nooit iets zonder instemming, maar als je zo beroemd bent geeft dat erg veel macht, erkent hij nu. Klopt. Hij is weer mijn man.

Het is Veterans Day, scholen en postkantoren zijn gesloten. In de Tai Chi klas werken we aan het kick gedeelte. Dat deden we op de heenreis ook, hebben ze ondertussen 104 bewegingen gedaan. Terry, de lerares, brengt me terug. Aan boord praten we met haar met een kopje thee. Buiten waait een stevige en koude wind. In de tweedehands watersportwinkel kopen we een in-line filter voor de buitenboordmotor. Als het past kan het de verstoppingen van de low-speed sproeier voorkomen. We dineren bij Hamish en Dorothey, gegrilde groente, spruiten, zijn hier zeldzaam..

In de nacht daalt de temperatuur naar 2 graden C. De laatste avond eten we een piza met onze vrienden. We nemen afscheid, we zien elkaar waarschijnlijk nooit meer. De tocht naar de boot in de dinghy is ijskoud. Als we ’s morgens om 7 uur wegvaren staat Terry op de steiger bij de Townhall ons uit te zwaaien en foto’s te maken. Met de stroom mee worden met 8,4 knopen naar buiten gelanceerd. De betonning is verwarrend, tegen de zon in is de kleur niet te zien en ze zijn allemaal vierkant. Toen we Fort May bezochten zagen we een zeilboot op een zandbank lopen. Wij komen veilig naar buiten. Langs Cape Fear naar de inlet bij Georgetown. Eén nacht doorvaren.


Rommy heeft een nieuw aas en lijn op de grote hengel gezet. Na een uur hebben we een tonijn, een litle tunny, genoeg voor 2 maaltijden.

In de Bean vertelt een man een mop met zijn  linkerhand op de rug. Hij vertelt: Ik zag een man met één arm aan het vissen. Gaat dat, vroeg ik. Ja hoor, als ik beet heb klem ik de hengel zo onder mijn arm en draai met hand de molen (de verteller hij doet het voor met zijn  rechterarm). Gister heb ik zo’n grote vis gevangen. En steekt zijn ene hand naar voren ...

zaterdag 4 november 2017

Great Dismal Swamp Canal



Om Bas, Raoul, Rolf, John en anderen jaloers te maken: we liggen gratis aan een steiger voor een brewery. De Bull Island Brewery: een triple Belgium Style, IPA’s en een mooie Pilsener. De brouwer doet het al 17 jaar en heeft een jaar in België doorgebracht. Hij houdt ook erg van de Westmalle Triple en de Dilerium Tremens.


Langley is hier dichtbij. Niet alleen het hoofdkwartier van de CIA, maar ook de plek waar de lucht- en ruimtevaart is begonnen. Er is een groot museum: NASA Air and Space Center, met spaceshuttles, vliegtuigen en uitleg over vliegen en ruimtevaart. Een gepensioneerde vliegtuigbouwer leidt me rond terwijl Rommy een 3D-film bekijkt. Het Fokker-gevoel komt weer boven.


Een korte oversteek naar Portsmouth, langs de aangemeerde oorlogsschepen en de containerschepen. De free citydock is een klein haventje, dat al vol ligt met boten, die naar het Zuiden gaan. Ik maak bij iedere boot een praatje, moet ook gebeuren... Op de heenweg gingen we naar de Commodore, het gerestaureerde filmtheater waar je kan dineren en film kijken. Alleen ... ze draaien slechte films. De vorige keer Dunkirk, vreselijk! en nu Thank you for your services, dat ook maar een 6,5 IMDb  rating krijgt. We blijven aan boord en ik maak tortillas met maiskolven. En nu liggen we voor het Legend Brewery Depot. Geen brouwerij, maar ze hebben bieren van andere lokale brouwerijen.



We hebben de Chesapeake Bay verlaten en morgen gaan we naar het Great Dismal Swamp Canal, het begin van de Intra Coastal Waterway (aiceedobbeljoe). Het kanaal was een jaar dicht en ging 2 dagen geleden weer open. Het schijnt prachtig te zijn.


Om 9 uur gaan we met 12 zeilboten onder de Gilmerton hefbrug door. Wij zijn de enige boot, die daarna meteen stuurboord uit gaat richting Dismal Swamp Canal. Het water is glad en spiegelt de bomen in herfstkleuren. Inderdaad prachtig. Veel eendekroos. We moeten een uur wachten bij de sluis, er is verderop een kraan over een leiding gevallen, no power. De sluiswachter neemt de lijnen aan en vertelt wat er gaat gebeuren. Meerdere boten zijn voor het eerst in een sluis. Ik laat de motor lopen omdat de Amerikanen dat ook doen. Bij het uitvaren klinkt de motor hol: geen koelwater. We draaien om en bereiken zonder koeling een steigertje. Wat slangen loshalen en de verstopping localiseren kost een half uur. Het zit bij de afsluiter. Als we alles hebben teruggemonteerd, besluiten we hier te overnachten.



Later komt een mooie motorboot naast ons liggen. Het zijn Dick en Phillis en ze hebben 4 jaar in ‘s Hertogenbosch gewoond (ze spreken het correct uit). Hij werkte voor Carterpillar. Ze laten ons de boot zien en we drinken een Stella Artois op hun achterdek. Ze hebben ook in Zwitserland en Denemarken gewoond. Dick is in ‘s Hertogenbosch aan zijn apendix geopereerd, ze zijn zeer lovend over ons gezondheidstelsel en fel tegen de pogingen van Trump om het beetje gezondheidszorg wat hier is af te breken. Als je hier niet rijk bent, brengt de ambulance je naar een ziekenhuis waar je dood gaat.



We verbazen ons langzamerhand niet meer over alle Dutch connections. De helft van de mensen die we spreken heeft een vriend of familielid in Nederland. Of ze zijn er geweest. Als militair gelegerd in Duitsland of voor een Amerikaans bedrijf. Of jong als backpacker, of oud met een cruiseschip.


Wat een rottig kanaal. A dismal canal. Na 3 nMijl is de koelwaterinlaat al 3 keer verstopt geweest en het kanaal is 18 nMijl lang. Een Canadese Westerly vaart samen met ons terug, telkens stoppend omdat de motor oververhit raakt. Het ontstoppen van de inlaat gaat steeds geroutineerder, maar we nemen toch de andere route. Het kost een extra dag, maar wat is een dag op 2 ½ jaar varen?

We leggen tenslotte aan in Great Bridge. Op de heenreis waren hier de foodtrucks. We liggen naast de 2 Canadezen van Cambridge.