Fécamp en Dieppe

We zijn weer in Fécamp. Het stikt hier van de Nederlandse boten. Er kwamen mensen langs om te vragen of we op de heen of terugreis waren. Ze kenden de Flying Circus en de Ostrea. Naast ons liggen mensen in een grote Bavaria, die Bas en Marieke goed kennen. Kleine wereld.

 

 

We waren er vaak, maar nooit bezochten we de distilleerderij van Benedict Likeur. In de 19^e eeuw bracht een wijnhandelaar uit Fécamp de likeur op de markt. Het is volgens een oud recept van een monnik bereid. De handelaar, Alexandre le Grand, liet een soort paleis bouwen met een museum voor religieuze kunst en moderne kunst. Het was een mooi bezoek, eindigend met het proeven van de likeur. Ja, het is echt een lekkere kruidenlikeur.

Gister was de eerste keer op een boot voor Ralf. De zee was spiegelglad en de zon scheen. Maar de deining was er wel en hij voelde zich niet zo lekker. Nu is er wind, kijken hoe dat gaat.

 

Het ging geweldig. Het was ook een mooie tocht, halve wind uit het Oosten met de stroom mee. En toen waren we weer in Dieppe. We komen er altijd graag. Aan de rand van de stad is een kasteel met een museum.  Veel ivoorsnijwerk, kunstig maar saai. Maar ook schilderijen. Sommige waren erg goed. En weer één Kees van Dongen.

 

 

 

In de kerk is een kapel van St Nicolaas, onze beschermheilige. Ik heb een kaarsje aangestoken. We zijn gezond en wel teruggekeerd. Daar zijn we dankbaar voor.

 

En Sterre is weer aan boord. Na een jaar in Parijs te hebben gewoond, stapte ze aan boord alsof ze nooit was weggeweest. Ze ging in haar hangmatje liggen en begon te spinnen.

 

Morgen als het licht wordt, gaan we varen. Bestemming: Boulonge sur Mer. De stad schijnt heel mooi te zijn. Ook daar waren we vaak, maar nooit zijn we omhoog de stad ingelopen.