zondag 25 november 2012

Zondag in Mindelo



Ze dachten even dat Guus Hiddink een plekje op de “sombre” tribune innam. “Nee, hij is het niet, Hiddink heeft een nog dikkere kop …” Dat zagen ze goed. De wedstrijd tussen Mindélo en Paúl was van het betere amateurniveau, maar de sfeer was bijzonder kleurig en opgewekt. Dat had ik nou gemist, de voetbaltribune. Ik was de enige blanke in het stadion, ik verstond geen woord, maar ik begreep toch precies waar het over ging.

                                              in de rust zit het elftal in de schaduw van de dugout

Rommy had zaterdag op het eiland Santo Antao een beenspier verrekt en was op de boot gebleven. Het was nog koel toen ik door de volkswijken liep en de bekende geluiden van een stadion hoorde. Een man in een Feyenoord-shirt nam me mee naar binnen. Kan het mooier.
 

Cabo Verde is inderdaad groen, de mensen zijn heel relaxed, het eten is goed en de muziek is nog beter. Tegenover de marina is de Club Nautico met elke avond goede muzikanten, lekkere vis en een blank publiek met wat dubieuze lokale vrouwen ertussen. En dan speelde er gisteren  nog een Braziliaanse groep in de drijvende bar van de Marina.

 

We vierden vrijdag het vertrek van de Flying Circus naar Suriname en het werd gezellig. Onze eerste ontmoeting met de Flying Circus was voor de kust ten noorden van Porto. Ik had voorrang, maar hij week nauwelijks uit. Het is later gebleken, dat  Raoul een ontzettend aardige vent is. We hopen hen op de Suriname-rivier weer te zien.

 
Rommy zoekt het kalf op de kaart

We waren dus zaterdag met de ferry naar Santo Antao, het grote eiland tegenover Mindélo. Ze zeggen, dat het boven op de Cova de Paúl (de grote vulkaankrater in het midden van Santo Antoa) heel mooi is. Helaas loop je daar het eerste uur in de mist naar beneden. Ze zouden daar net zo handig een Vinexwijk kunnen bouwen, niemand ziet het. Maar als je dan lager komt, dan zie een vallei met suikerriet, koffiebomen, mais en palmen. Het pad volgt dan de bruisende rivier naar de zee. Af en toe een straatarm dorp, overal kinderen die en stukje met je meelopen en vragen om een stilo en bonbons.

 

Rommy verrekte een beenspier, misschien omdat ze toch wat geforceerd loopt vanwege haar knie. Het ging trouwens zo stijl naar beneden, dat je steeds moest remmen om niet uit te glijden op de vochtige stenen. Het busje, dat ons boven bracht kwam ons beneden voorbij en keerde om ons de laatste kilometers mee te nemen. Nadat we terug waren gekeerd op St Vincente, aten we een lekker bord cachupa, de bonenschotel met vlees en mais.

                                               niks geen hoogtevrees

Morgen, maandag, gaan we uitklaren bij de politie en Dana (werkt in de Marina en spreekt Nederlands)  neemt me mee naar een vriend, die een scherpe haak om vissen binnenboord te halen voor me gaat maken. Bij de ingang van de Marina hangen altijd wat kerels rond, die je iets willen verkopen of iets voor je willen doen. Als ze meegaan naar de markt betaal je dan niet teveel, maar je moet het mannetje wel weer betalen. Wij hebben de was laten doen en ik kocht T-shirts met opschrift Cabo Verde.

 
                                          van die kleine vooraan kocht ik een T-shirt

Veel mensen hier kennen Rotterdam, sommigen hebben zelfs op Katendrecht gewoond. Thuis heb je het over die Kaap Verdianen als een probleem voor Katendrecht, hier is het  heel anders… Straks loop ik met mijn T-shirtjes op de Afrikaandermarkt en praat ik met Kaap Verdianen over dit prachtige land.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten