maandag 3 oktober 2016

Van Lisboa naar Ilha de Porto Santo



Toen wij uit Lissabon vertrokken. ...nee, het feit dat er weer een blog is, betekent dat we de overtocht hebben volbracht. Dat is het belangrijkste. We liggen in de Marina van Porto Santo, het noordelijkste eiland van de Madeira groep. Andere sfeer dan op het vaste land. Van alle kanten komt men aangelopen om een praatje te maken. De Annalena is een Trismus 37, een Belgische zelfbouwboot. Daar liggen er hier drie van. Dus die mannen kwamen ook allemaal aangelopen. Une Trismus! C’est le ex Bon Vivant de Nieuwpoort. Ah, oui! Jacques, de beheerder van de Trismus-site is er ook. Hij vertaalde mijn teksten naar het Frans. We hebben nog veel te bespreken onder een biertje.

Voor we dus vertrekken uit Lissabon willen we dus nog de andere Nederlandse boot begroeten, die ook naar Suriname gaat. Maar ze staan ‘s morgens al bij ons op de steiger. Peter en Angela uit Soest liggen al een week op asje voor de motor te wachten. Ze zijn ook al eerder rond geweest. Ze vertellen, dat Domburg weer betere voorzieningen heeft. We hopen, dat we daar, halverwege de Suriname Rivier, kunnen liggen. Hen gaan we vaker zien.

We vertrekken en tanken verderop bij een autotankstation, dat aan de achterdeur pompen voor boten heeft. Autopompen zijn altijd beter, schoner en zonder bio-iets. Naast de pompsteiger ligt een boot met de naam: Messias 2. Dat is gepaste bescheidenheid.

Ook buiten op zee is het warm. Bij de hoek van Cascais waait het lekker. We kunnen eindelijk weer zeilen. De Windpilot stuurt en wij genieten. Koers 230 graden.


De tweede dag zeilen we nog op 10 knopen wind. Het zetten van de genaker kost drie kwartier. Meer dan een jaar is dat zeil niet uit de zak geweest. Maar we hebben alle tijd. Niets anders te doen. Lekker samenwerken. Tegen de avond gaat de genaker er weer af. In het donker weghalen is te lastig, zeker zo’n eerste keer. Er komt een vliegtuig over, die een condensstreep trekt van Madeira naar Lisboa. Precies onze koerslijn. Ik hoef niet meer naar de lijn op het scherm te kijken, maar naar boven.. De condenslijn verwaait na een tijdje.

In de nacht zie ik 2 boten op de AIS. Eén met een CPA (Closest Point of Approach) van 3 nM aan SB en de ander een CPA van 0,9 nM aan BB. Maar visueel zie ik de éne rechtvoor. Alleen twee witte lichten. Ik peil nog eens over de roos en snap er niets van. Dan zie ik nog een schip aan BB. Het schip recht voor heeft geen AIS signaal. Eerst wat weg zien te komen van het linker schip. Welliswaar recht op het tegemoetkomende schip af, maar dat zien we dan wel weer. Dan krijg ik daar ook een AIS waarschuwing van op het scherm: 0,5 nM. Ik kies het midden tussen de Aviator uit de
Marshal Eilanden (140 m) en de Titiana uit Panama (94 m). Tien minuten later zijn ze me links en rechts gepasseerd en zie ik de heklichten. Ze varen schuin op elkaar af. Op de radio hoor ik: Marsalam papado maipon asol. Dat is Philipijns voor: Hé kan je niet uitkijken, jij bent de oploper, oplopers moeten wijken, heb je dat niet op de zeevaartschool geleerd, zeker zitten slapen, asshole!

De aarde draait met een vaart van 1000 km/uur onder de zon vandaan. Het is een schitterend gezicht. Als ik nu zo blijf staan wordt ik rondgeslingerd en schijnt dezelfde zon over 12 uur tegen mijn rug. Sommigen mensen zien de zon in de zee zakken, maar dat zijn vooral domme Amsterdammers.

Ik maak foto’s van de zon en Venus. Een Japanse vissersboot kruist op een mijl voor ons langs. Zouden we ergens een verkeerde afslag hebben genomen? Nee, dat kan toch niet! Weet ik ook wel, Wim. Ze vissen hier blijkbaar.

En ze vissen goed, want we zien de hele overtocht geen vis, geen dolfijn, alleen een paar zeevogels (er zijn 30 soorten zeevogels).

De derde dag en de derde nacht zijn uiterst saai. Niet meer dan 5 knopen wind recht achter, dus eindeloos motoren. We zitten midden in een Hoog. Bloedheet. Op de foto’s ziet u onze koers, snelheid en afstand naar bestemming op het ene scherm. Op het ander ziet u de windrichting en snelheid. Nou, wind kun je niet zien. Wind is bewegend gas. Onzichtbaar. Je ziet een wijzertje en een getal.

Nu ik weer gewend ben lees ik ’s nachts. Munro. Korte verhalen. Ongelooflijk echt. Soms wel erg indringend. Blijf je wakker bij.

Als na de laatste nacht de zon weer op komt ligt Ilha de Porto Santo voor ons. Aankomsten doe ik altijd met muziek. Dit keer de Walkure met Norman als Brunhilde. (Tatera TATA taterataa. I love the smell of napalm in the morning). Het Duits van Norman is merkwaardig. Ik schakel over op Sonny Rollins (Now is the time: taderadera, taderadera, tatattata, tumtumtata). Dan zie ik ver voor de boot een groep dolfijnen. Ik roep Rommy, die het ontbijt aan het maken is. De groep komt op de Annalena af en wel zo’n tien dolfijnen schieten voor de boeg heen en weer of maken sprongen. Een waar welkomstcomité. De dolfijnen blijven maar doorgaan. Omdat het water zo glad is, kun je ze tot 10 meter diep zien zwemmen.

8 mijl schuin achter ons (visueel niet te zien) vaart een Finse zeilboot. De dolfijnen vertrekken in die richting. Maar er komen nog twee andere groepen dezelfde vertoning geven.

Met een blij gevoel liggen we de laatste mijlen af. Varen de baai binnen en roepen de haven op. Een half uur later worden we door al die Belgen en Fransen begroet.

De autoriteiten zijn erg voorkomend. Ik heb een lang gesprek met de politieman over de politie reorganisatie in Nederland. Hier zijn ze met hetzelfde bezig. De mevrouw van Customs komt aan de boot met een formulier over drank, drugs, tabak, wapens en huisdieren. Ze verontschuldigt zich drie keer voor het ongemak. Rommy vult overal nee in. En Rommy zal nooit liegen.
We publiceren dit blog zonder foto,s. WIFI is hier niet goed. Komt een ander blog met zonsondergangen (wat zeg ik nou) en dolfijnen.

1 opmerking:

  1. fijn om te lezen dat het allemaal o.k. gaat.
    maar wakker worden met the smell of napalm lijkt mij minder.
    spelende dolfijnen lijkt mij toch beter.
    jammer dat de japanners jullie verse vis wegkaapt,en een dolfijn vangen is zeker geen optie.
    Hier alles ok en ga vandaag de eerste dag werken bij mijn nieuwe werkgever (het RWT).
    groetjes en lees ook mijn mails svp
    Marianne en John.

    BeantwoordenVerwijderen