dinsdag 3 april 2018

Long Island en verder.


Het blijkt verstandig, dat we naar de Thomson Bay aan de zuidkant van Long Island zijn uitgeweken. De wind is hier in de luwte van het eiland nog geregeld 25 knopen. De 2e dag maken we een wandeling over het strand aan de oceaankant en zien de zee op de riffen en rotsen knallen.


Salt Pond is een aantal huizen langs de lange weg die in de lengte van het 100 km lange Long Island loopt, de enige weg. Er is profiand, hardware, liquor, diesel en de South Bar. De Tourist Office swapt boeken. De bewoners zeggen, dat dit het vriendelijkste eiland van de Bahamas is. Ongeveer 28 boten hebben hetzelfde idee gehad en liggen hier de storm uit. We komen ze tegen op de dinghysteiger of in Salt Pond. De steiger is van een visser, die daar vis staat schoon te maken als hij binnen is na een week vissen. Enorm dikke groupers, grote lobsters en heerlijke hogfish. Onder de steiger zwemmen haaien en needle fishes voor het visafval. Zijn vrouw heeft naast de hardwarestore een beautysalon en knipt je haar. Wij eten onze zelf gevangen mahi mahi (dolphin of goudmakreel) en Rommy knipt mijn haar. Het is allemaal al duur genoeg.

De hardewarestore verkoopt emmers met een doorzichtige bodem. We hebben er zelf één gemaakt, maar die is te klein en te slap. De emmers kosten $ 9,50 en met plexiglas bodem $ 64,50. Dus zijn we nu op zoek naar een stuk plexiglas..... Waar het voor dient? Om te kijken of het anker goed is ingegraven. Je kunt hier gemakkelijk 12 meter diep kijken, maar als er veel golven zijn moet je je hoofd in het water steken of zo’n emmer gebruiken.

Naar Clarence Town aan de oceaankant van Long Island is een stevige tocht. We sturen om de beurt een uur en na 12 uur tegen de wind en golven in lopen we de baai van Clarence Town binnen. De baai is nogal ingewikkeld, veel ondieptes en riffen. Er liggen al 2 boten voor anker, ze roepen ons op en waarschuwen voor een “unmarked rock”. Maar wij begrijpen niet waar die moet liggen. Als we uitleggen, dat onze bedoeling is de betonning te volgen (die er niet meer ligt, maar wel op de electronische kaart staat) en dan bakboord uit te gaan en achter hun te ankeren, is het goed. Als we geankerd zijn, blijft de man aanwijzingen geven voor het binnenvaren en hij nodigt ons uit voor de party op zijn boot. Het wordt ons duidelijk, dat de party al een tijdje aan de gang is. We bedanken vriendelijk, we hebben allebei 6 uur achter het roer gestaan en nog niet gegeten. De nacht is onrustig, veel stroom en swell.

Naar Crooked Island is een nog zwaardere tocht. We denken even aan omkeren. Om 22 uur komen we aan. De volle maan zat steeds achter een dik wolkenpak, maar komt door als we voor het strand het anker uitgooien. We hadden graag een dag op Crooked doorgebracht, we hebben er leuke herinneringen aan. Omdat we 5 dagen gestopt zijn vanwege het weer, moeten we echter door. Rond de noordkant van Crooked Island naar Atwood Harbour, langs de witte vuurtoren die we gisteren voor een zeilschip aanzagen. De toren geeft geen licht. Atwood Harbour is een schitterende baai in de verlaten noord-west hoek van Atckins Island. Als we door de opening in de riffen naar binnen varen zien we 2 boten, een Duitser en een Amerikaan. Rond de hele baai ligt een wit strand en het water is lichtblauw. 

De oversteek naar West Plana Cay is 40 nMijl. Om 13.30 liggen we voor het strand. De Plana Cays zijn onbewoond. Het is het enige gebied waar hutia’s ongestoord leven. De Arawaks aten de knaagdieren, die zo groot zijn als een kat.Een eiland van 5 bij 3 km met een prachtig strand helemaal voor ons alleen. We lopen een paar kilometer over het strand vol met stukken koraal. Na het zwemmen en haar wassen gaan we zitten lezen. Als  we om 17.30 opkijken zien we een Canadese zeilboot naast ons liggen.

Weer een tocht met veel gestamp tegen de wind in. De lezers haken af, geen leuke ontmoetingen, geen interessante plaatsen, alleen zeilen. We moeten verder. Abrahams Bay bij Mayaguana Island zijn we 2 keer eerder binnengevaren. Het is eigenlijk  geen baai, maar een strook koraalriffen. Het vereist eyeball navigatie om de rotsen en riffen te ontwijken. Dit keer doen we het in het donker. Op de electronische kaart kunnen we zien hoe we de vorige keer zijn gevaren. We volgen dat spoor een halve mijl en gooien dan het anker uit in 4 meter diep water.

Er is wel meen GSM mast in de buurt, tijd om dit blog te posten.

De BTC company heeft het alleenrecht op de mobiele telefonie in de Bahamas, maar met de verplichting overal waar mensen wonen een mast te plaatsen. Dus hebben we overal internet en weten we van de uitslag van Feyenoord (5-0) en ander wereldnieuws. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten