woensdag 26 december 2018

Eerste week Colombia.


Kathy en Rommy gaan met alle papieren naar de authoriteiten voor de groepsuitklaring. Het verloopt typisch Caribisch: niemand weet ergens van, er zijn geen mensen beschikbaar en de man met wie alles is afgesproken is niet te bereiken. Door Rommy’s vasthoudendheid is het een paar uur later gelukt.


Ondertussen ruim ik de boot op en laat de motor even draaien.....met een hol geluid.....zonder waterkoeling..... Ik maak de waterpomp los om de impeller te controleren, maar merk dat de pomp muurvast zit. Als ik over de radio meld, dat de Annalena moet afhaken zijn Jeff en Steve binnen 30 seconden aan boord en beginnen mee te sleutelen. Jeff was machinist bij de Britse marine (en getorpedeerd bij de Falklands). De pomp heeft weer een lekke waterkering en de lagers zitten na 2 weken stilstand vastgeroest. Een klassieke behandeling met WD40 maakt de boel weer gangbaar. We gaan mee met de oversteek naar Colombia.
De voorspelling is 22 kts wind met vlagen van 32 kts. Een dag later waait het 5 knopen minder, we willen liever dán gaan, maar we zijn de enigen en alleen varen dicht langs Venezuela kan gevaarlijk zijn.

En dan waait het onderweg slechts 14 kts. Met een volle maan is het mooie overtocht. Na 140 nM ankeren we in de Cabo de Vela baai met 12 boten. De volgende dag blijven we met 6 boten liggen. De hele dag wordt er overlegd over de volgende 144 nM naar Santa Marta. Hoever om het booreiland, de hoek van de wind, de ondiepte voor St Marta, de hoogte van de golven bij de hoek, de katabalische winden van 40 knopen. Hoe meer er over gepraat wordt hoe meer we tegen de tocht gaan opzien.
Maar het zal maar 14 knopen waaien, bakstags en de beruchte golven bij St Marta zullen maar 2 meter hoog zijn. Dat zeggen de voorspellingen de volgende ochtend. De motor moet bij. De motor met de lekkende pomp. 
Halverwege gaat een rood lampje op het motorpaneel branden: geen koelwater! Impeller stuk? Ik roep de anderen op: we gaan op zeil verder en waarschuw de kustwacht maar (de kustwacht houdt ons constant on de gaten). Ik ga in de schommelende boot de pomp demonteren. Mijn hand komt tegen de pully. Die zit los, de bout is losgetrild. Bout vastmaken en de motor loopt weer. Alle paniek voor niks. Met 2 boten links en rechts van ons en 1 achter ons varen we in convooi naar St Martha. Volle maan, 4 lichtjes in de nacht. De zon gaat op vanachter de hoge bergen en om de hoek begroet de kustwacht elke boot.

En dan Santa Marta. Tussen de hoge bergen, appartementsgebouwen bij het strand, drukke binnenstad, parken, pleinen, veel muziek, heel veel toeterende auto’s. We staan nog wat onvast op de benen na 26 uur achter het roer. De tweede dag lopen meer op ons gemak door de drukke straten. Dit is Midden Amerika, het is overweldigend. De prijzen zijn in 10 duizenden pesos, het is even wennen. Een blikje bier kost 2000 pesos, dat is ongeveer 75 ct en het is lekker bier. We namen bij de lunch geen vis, want die was 30.000 en de andere dingen maar 20.000, we praten dus over € 5 tot € 8 voor een maaltijd. Een woordenboek kostte € 1. 
De marina is luxe en wordt bewaakt door mannen met pistolen. We hebben korting. Elke ochtend beginnen we met 2 uur Spaanse les (eerst geef ik om 7 uur een tai chi les). Ik bij de beginners, Rommy bij de gevorderden. Gezien mijn kennis van het Italiaans is dat niet terecht. De professora gaat er in een noodvaart doorheen en ze houdt het praktisch. Geen ingewikkelde verleden en toekomende tijden, enkel tt en vvt. En in de winkels en restaurants spreken we nu (hakkelend) Spaans.

Op kerstavond hadden een potluck BBQ met ingepakte kadootjes. We zaten in een kring rond de stapel kadootjes, als je aan de beurt bent mag je een kadootje van de stapel pakken of een kadootje afpakken van iemand anders. Een kado mag maar 2 keer gestolen worden. Iemand pakte een mooi voetbalshirt en die werd gestolen door iemand anders. Dat was mijn kans, ik stal het voor de 2e keer en hij was van mij. Leuk spel. Iets voor Rommy’s bridge dames.
Mijn nasi is een groot succes, ze vragen naar het recept.
De katabalisch winden zijn er elke nacht. Eén keer zagen we 41 knopen op de windmeter, dat is windkracht 9.
Het is een goede groep, niemand irriteert ons en dat wil wat zeggen. Interssante mensen: Kathy leidde een theater, Steve was politieagent in Londen, Bill was vliegtuigpiloot in China, Michiel bracht een verloederde school tot bloei, Ken bouwde uitbreidingen aan musea, Steiner ontwierp wapens, Tom is drummer en huisjesmelker, Leo is expert bij de rechtbank inzake autoonglukken. Happy Hour op het strand levert altijd boeiende gesprekken op.


De pully van de waterpomp was uitgesleten, er wordt een plaatje op gelast met een nieuw vierkant gat dat op de as van de pomp past. Na de kerst.

We kennen inmiddels de weg in de stad en genieten van de drukte en de kleine gesprekken in het Spaans. We zien een autobus in een een straat zonder verkeer, de chaufeur claxoneert, gewoon om lekker lawaai te maken. Een man koopt in een drukke winkelstraat een metershoge luidspreker, hij gaat aan de overkant van de straat staan en de winkelier zet de speaker vol open. Voorbijgangers knikken goedkeurend: dat is een goede speaker!


Nos gusta Colombia. Colombia bevalt ons. Nos gustan los Colombianos. De Colombianen bevallen ons.










zondag 16 december 2018

Vertrek naar Colombia

In de Surf Beach Bar hebben we zondag om 9 uur onze laatste meeting. Conclusies: Kathy en Rommy gaan op maandagochtend met onze papieren naar Customs and Immigration. Er is nog steeds de kans, dat een chef de boten allemaal weer aan de autobanden van het immigratie Dock wil hebben. Na het uitklaren gaan de eerste boten op weg naar Colombia, anderen wachten tot dinsdag. De wind varieert tussen 15 en 25 knopen en om de kaap van Colombia kan het tot 40 knopen waaien van de hoge bergen. We maken afspraken over radiofrequenties en tijdzones.



Zaterdagavond zijn we met een paar mensen naar het balet de Notenkraker geweest.  Een uitvoering van de Kozlov balet academie. De kleine kinderen waren aandoenlijk en de groten waren goede dansers. We hadden een leuke avond. Voor de belichting zouden ze iemand moeten vragen, want dat was knudde. 

  

Zondag gaan we na de meeting met de bus naar St Nicolaas, een haven stadje in het zuiden. (we wilden al eerder gaan, maar durfden de boot met die zware windvlagen niet alleen te laten).               De Rembrandtstraat is een straat met bars en werkende dames. Een stoet auto’s rijdt langzaam door de straat, de dames leunen door het autoraam en overleggen wat er moet gebeuren. De winkelstraat heeft geweldige muurschilderingen, we nemen een Oreo shake en pakken de bus terug. Het is tijd om de boot op te ruimen en ons voor te bereiden op de oversteek naar Colombia.



Aruba was aanvankelijk een afknapper door de massale  toeristische toestanden, maar we                   hebben toch wel veel moois ontdekt in de achteraf straten van Oranjestad en natuurlijk in St Nicolaas. En de Arubanen zijn erg vriendelijk en behulpzaam. Curacao is mooier en interessanter, hier zijn ze aardiger.


We zijn blij, dat we morgen vertrekken, het is wel genoeg geweest met tropisch Nederland.  
   
                                                                                                                                                                                                                                                                     
                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                           




donderdag 13 december 2018

Kuijt op Aruba


We gaan naar de ingang van het Spaanse Water en leggen aan voor het St Barbara Beach Resort, het dure hotel dat ons vaker gastvrijheid verleende. Brede marmeren gangen en fonteinen. De Douane komt met 6 mensen, Immigratie met 7. Ze instaleren hun laptops en scanners op 2 lange tafels en de 18 bemanningen gaan langs de tafels met hun papieren. Voor koffie en thee is gezorgd. Als eerste gaan wij daarna de zee op naar de St Cruz Baai. Als eerste gooien we daar het anker uit. Gelukkig is het de goede baai. Na de verkeerde laundry zou ik nooit meer serieus genomen worden. Daarna komen de andere boten één voor één aanvaren. We zijn met de rally op weg.

Het Spaanse water is een goede grote ankerplaats, alleen jammer dat ze van schrik voor de 30 boten van de eerste rally groep het dinghy dock sloten. Het landje met steiger, picknick tafels, afdak, verlichting en 24-uurs bewaking was natuurlijk perfect. Gratis door Curacao geregeld. En dan de mooie t-shirts van de Curacao Marina.
De laatste avond is bijna iedereen in Tops om onze laatste Curacaose guldens op te maken, veel emmers met Amstel Bright, de locale immitatie van Corona. Het werd nog heel gezellig.


De gesprekken worden wat persoonlijker. Ik was een dag met Ken op stap. We hebben veel gepraat over zijn vrouw die dementerende is. Zij zullen  de rally waarschijnlijk niet afmaken.
Om 4.00 uur lichten we het anker en nemen de 275 koers naar Aruba. De golven komen uit 2 richtingen en zijn soms 3 meter. De windpilot kan het niet aan, we sturen de 55 nM met de hand. 



Met een klap schiet de boom van de genua los van de mast. Hij blijft mooi op het dek liggen tegen de bananaboot. We halen de genua in en zetten de boom vast met de schoot, met deze golven is het geen doen de boom opnieuw vast te zetten. Als we om de zuidpunt van Aruba zijn kan de genua aan bakboord uit en we varen 8,5 knopen. 7 knopen door het water en 1,5 stroom. 
Aan de zuidkant van het eiland alleen maar raffinaderijen en industriehavens. We moeten vlak langs de Statendam en de Norwegian Crown, 2 kolossale cruiseschepen. Aan een kade met grote autobanden aan roestige kettingen leggen we aan achter 2 Nederlandse sleepboten. Over de autobanden klimt Rommy naar de kade om onze touwen aan het oog van de kettingen vast te maken.

De Doune en Immigratie halen de formulieren op en zijn binnen 10 minuten weer terug. Weer een stempel in de paspoorten, er is bijna geen lege bladzijde meer. Bij het afvaren blijven een paar touwen in de roestige ogen vastzitten, Rick van de Incentive brengt ze in veiligheid.
De ankerplaats heeft een dunne laag zand: bad holding. De disco op het strand boemboemt tot diep in de nacht. Soms is het even boemdeboemboem. Het is alleen op zaterdag. Hopen we...

Het gebouw van de taoist tai chi is op loopafstand. De volgende morgen ben ik daar helemaal thuis: de tai chi klassen verlopen overal op de wereld hetzelfde en de mensen zijn overal even aardig. Als ik er later tijdens het Suzie Too happy hour over vertel, wordt ik gestrikt om de volgende ochtend een beginnersles op het strand te geven. Ik doe wat eenvoudige dingen, die toch niet zo eenvoudig blijken te zijn. Na 12 jaar oefenen ben ik vergeten hoe lastig het in het begin was.
We verkennen Oranjestad. Heel veel souvenier rommel voor de cruisegasten en een hoofdstraat, die er uit ziet als de Lijnbaan met palmbomen. Bij het Renaissance Hotel de winkels van Gucci, Kors, Prada, Vuiton, de hele PCHoofd bij elkaar. Als je wat verder zoekt schijnen er wel authentiek Caribische plekken te zijn.
En we hebben de tijd om verder te zoeken, want de wind blijft nog een week op kracht 6 tot 7.       Met Ken en Grace rijden we mee naar SuperFood, een hele grote Jumbo. 5 oliebollen voor een tientje.  We bezoeken we een butterfly farm in de buurt van het grote witte hotel met arabische torens. Terug rijden we langs restaurants met 500 zitplaatsen en langs Mc Donalds, KFC, Wendy, Hooters en de anderen. Het is Miami Beach, maar dan zonder de vooroorlogse Art Deco gebouwen. Wat verder weg lunchen we in een soort Columbiaans truckers cafe. De meisjes die bedienen komen allemaal uit Venezuela en spreken enkel Spaans. Goed om te oefenen. Op de dames wc hangt een briefje: engels sprekende waitress gezocht... 
De vrouwen aan de kassa van de Jumbo maken graag een praatje. Waar wij vandaan komen, waar zij vandaan komen. Venezuela dus.
Op de terugweg van de tai chi koop ik een brood in een panederia. De eigenaar is Nederlander en hij nodigt me uit om woensdag Ajax-Bayern te komen kijken. Hij heeft ook een cateringbedrijf. Vorige maand deed hij de catering voor Dirk Kuijt, die hier een huis heeft. Zijn kok Jan Hein is Feyenoord fan en die smeekte hem om een handtekening te vragen. Omdat Dirk heel tevreden was met het eten durfde hij het te vragen. Maar natuurlijk. Dirk ging naar boven en kwam terug met een Feyenoord shirt en schreef er op: Jan Hein, bedankt voor het lekkere koken, met handtekening. Zo kennen wij Dirk.

We zien Dirk later op het strand met vrouw en kinderen. Of ik een foto mag maken? Maar natuurlijk. Vanmiddag toch Ajax kijken.


vrijdag 7 december 2018

Laatste week Curacao


De vrouw op het terras bij de drijvende brug vertelt enthousiast over haar nieuwe modezaak. Wanneer gaat ze open? Donderdag, maar er zijn 2 jongens die me helpen en die zijn vanmorgen niet op komen dagen. Ze is ze nu aan het zoeken..


De dinghysteiger van de vissershaven, waar de busjes naar de supermarkt vertrekken is opeens gesloten. Iedereen wordt weggestuurd door de bewaker, waarmee we altijd een praatje maakten. Er is geen openbare steiger.

Op de radio vertelt een Wageningse bioloog dat het koraal in 30 jaar tot 60% is afgenomen. Zijn onderzoek had een internationale prijs gekregen. Oorzaak is de blauwalg en die leeft van het rioolwater dat in zee wordt geloosd. Een waterzuivering zou veel verbetering geven. Het Ministerie van Bestuur, Planning en Dienstverlening is er mee bezig.


Waar ze ook mee bezig zijn is het parkeerprobleem. Het Ministerie onderhandelt met een aannemer. Die krijgt heel veel geld. De minister wil niet zeggen hoeveel geld en ook niet hoeveel parkeerplaatsen waar komen. De horeca in Pietermaai krijgt na 10 uur geen klanten meer want er zijn geen parkeerplaatsen. Als de deal rond is, zal er volledige openheid worden gegeven.

En dan het autoverkeer. De regel lijkt hier te zijn: altijd inhalen. Vannacht zijn 3 mensen frontaal doodgereden. Onze regel is: ’s avonds niet rijden, teveel automobilisten zijn dronken of hebben gesnoven.


We hebben even genoeg van dat alles en steken over naar Klein Curacao. Dat is tegen wind en stroom in. We doen de 12 nMijl in 5 uur kruisend. Helder water, veel vissen, witte stranden met hutten voor de toeristen, die elke dag worden overgezet. We lopen tussen de toeristen in badpak langs de ruïne van de vuurtoren naar het wrak van een Duits schip. De noordkust is rotsachtig en ligt vol met aangespoeld hout, koraal en plastic. Het eiland was vroeger meters hoger en begroeid. Toen ontdekte men dat de bodem uit fosfaat bestond. Ze hebben het afgegraven en nu is het een dorre vlakte met struiken en stenen.


Vandaag een boodschappendag met rode auto van Ken: spoeltje voor de naaimachine, startmotor, dieselzender, was, gas, clipje voor de bb-motor, documenten kopieren en eten kopen. En daarna lunchen en naar een galerie met Henkes.

De Buona Bista galerie maakt deel uit van een kunstacademie op het terrein van een psychiatrische inrichting. We vragen een groep studenten, die aan een tafel zit te tekenen waar de tentoonstelling van Henkes is. Er wordt iemand geroepen en een vrouw komt met een bos sleutels. De galerie is op maandag eigenlijk dicht, maar ze doet de zalen open, doet het licht aan en start een video over Henkes. Het zijn heel goede schilderijen. We bekijken ook werken van studenten, docenten en patienten. 


De leider van een politieke partij staat voor de rechter vanwege het opstrijken van 2 miljoen gulden en het aannemen van 400.000 gulden van een bouwbedrijf. Zijn verdediging: dat is allemaal al jaren gebruikelijk, ook bij andere partijen. Zal wel waar zijn. Een Curacaose gulden is trouwens maar 50 eurocent, dat maakt het half zo erg....

Woensdag 5 december hebben we een groepsmeeting. De route naar Aruba, het aanleggen in Aruba aan de cruiseterminal, het gebruik van individuele en de groeps Digital Selective Call (contact op de marifoon zonder dat anderen kunnen meeluisteren) en de groepsfoto met het Suzie Too t-shirt. Vrijdag komen Customs en Immigration naar het resort en kunnen we uitklaren. 



Na de meeting nog een laatste keer naar Willemstad. Als we op de brug lopen, wordt de brug geopend. Bij een drijvende brug is dat minder erg dan bij een klapbrug, het is een gratis boottochtje. We gaan naar het Kura Hulanda Museum. Op het eerste gezicht lijkt het niet veel. Allemaal kleine gebouwtjes met lage deuren, oude slavenhuisjes. Maar binnen is een grote collectie  van Afrikaanse kunst, maskers, beelden, graandeuren en trommels. Ook de slavernij met veel documenten van de Nederlanders. Het is duidelijk, dat men het bezitten en afbeulen van een ander mens vanzelfsprekend vond. En een ongehoorzame negerslaaf kon je rustig afranselen, uithongeren en martelen. Voor fl 500 kon je slaaf meenemen en naar believen mishandelen en vermoorden. Maar fl 500 was toen wel een boel geld....

Wat is Willemstad toch uniek. Teveel toeristen net als in Amsterdam, maar ook net zo bijzonder.

We eten een broodje kroket bij de Buren en nemen de bus terug. In de dinghy passeren we de party op de Q4, een hele grote catamaran. Iederen was er vertelt men de volgende dag, alleen Rommy, Gerard, Rick, Sanne, Jan en Corrie waren er niet. Alle Hollanders ontbraken en het was a great party .... Ze hebben humor, die Engelsen. 
Het busje van de supermarkt stopt even bij de wasserette, zodat we onze was kunnen oppikken. Ze vinden onze was niet. Later loop ik van de supermarkt terug om het uit te zoeken. Er is nog een wasserette 5 km verderop. Ik loop in de hitte langs de autoweg. Als het busje me oppikt zijn de grappen niet van de lucht. Veel humor, die Engelsen.


Vrijdag gaan we eerst naar de St Cruz Baai in het westen van het eiland. Als we daar om 5 uur ’s morgens vertrekken komen we nog bij licht in Aruba aan.