Waar we varen
staan tweede huizen langs de oevers. De meeste staan rond deze tijd leeg,
zomers als het te heet is in de stad komen de bewoners. Het lijkt heel wat die
huizen, maar de meeste bestaan uit veel gipsplaat, ook al hebben ze griekse
zuilen aan de voorkant. Het steigertje, het strandje en veranda garanderen een
heerlijke zomervakantie. Maar nu komen ze nu al in groten getale, ontvluchten
New York of Kansas City, laten een extra freezer installeren en kopen het
vleesschap in de supermarkt, ingesteld op een seizoen met locals, leeg. Op
sommige plaatsen op Long Island proberen de locale bewoners de wegen te
blokkeren. Wens ze succes, maar je denkt toch niet dat het zal lukken.
Lees in de NYT dat
in Frankrijk zich het zelfde afspeelt,
daar steken ze de banden door van auto’s met een Parijs nummerbord.
Hier in het
Apalachicola is nog geen geval geconstateerd, maar de mensen gaan naar de
hoofdstad Talahassi en er is nog steeds een handjevol toeristen. En trouwens de
cijfers worden hier niet op plaatselijk niveau bekend gemaakt, dat zou onrust
veroorzaken. Dus gaan we af op wat de bewoners vertellen.
Er mogen geen
nieuwe toeristen meer onderdak krijgen, ook de marina’s mogen geen nieuwe boten
meer toelaten. Wij liggen al weer 12 dagen alleen op de rivier voor anker, er
is ons nog niets verteld. Iemand zei: jullie zijn geen toeristen, jullie zijn reizigers. Afwachten, hoe de burgemeester er over denkt.
De missie van de 45e
president was alles wat Obama heeft opgebouwd, weer af te breken. Dat was erg
vervelend, maar nu is het erger. Er volstrekt zich hier een ramp en de domme
narcistische schurk maakt het alleen maar erger. Er is een filmpje met de
uitspraken van de geniale leider over de coronacrisis terwijl simultaan de
grafiek met het dodental in beeld wordt gebracht. De regering probeert de
zender de zendvergunning te ontnemen. Ondertussen schaft hij elke dag een paar
milieu-maatregelen af.
De burgemeester
van Baltimore heeft de inwoners verzocht wat minder op elkaar te schieten. De
ziekenhuizen hebben het al zo druk. Gisteren zijn daar weer 8 mensen vermoord.
“buitengewoon
jammer, dat er niets spectaculairs is te vertellen, het troostrijke optreden
van een of andere held bijvoorbeeld. Maar is niets minder sensationeel dan een
plaag. Alleen al door de lange duur zijn grote rampen eentonig.”
“De ziekte was
vooral een kwestie van omzichtig, onberispelijk, goed functionerend bestuur.”
Twee citaten uit De
Pest van Albert Camus. Het
boek, dat iedereen nu leest. Terecht.
Tenzij je even in
Amerika wil wanen. Lees dan de romans
van Lauren Groff of Min Jin Lee of Whitehead ofRooney of Yanagiharaof Monk
Kidd of Jennifer Egan.
Mijn ontdekkingen hier in Amerika. Groff is
nu even mijn favoriet, ook omdat de romans allemaal in Florida spelen. Ze
schrijft zo gemakkelijk, dat het bijna bijna show off wordt. Sorry, soms weet ik geen Nederlandse woorden meer. Pochinko van Jin Lee over de Koreanen
in Japan, geweldig. Rooney: Normal people,
lezen! The underground Railroad
kennen jullie waarschijnlijk al. En Autumn?!?!
En Franzen hoef ik natuurlijk niet te
noemen. Iedereen leest als een gek thuis, voer die namen eens in op je KOBO of
Kindle.
De wandeling van
vandaag gaat weer naar de visserijhaven en de boardwalk door het moeras. Terug
even bij John kletsen en dan weer lezen op de boot. Eentonig.
Dit moet geen
drie maanden duren zegt Trump, dit land is niet gebouwd om stil te staan, we
moeten weer aan het werk. De Republikeinse senatoren voegen daar aan toe, dat
de grootouders best willen sterven om de economie voor hun klein kinderen te
redden. Verbijsterend.
In Europa maken
de bedrijven hun reserves op en de overheid zorgt dat mensen zonder werk enig
inkomen blijven houden. Dat is voor de Republikeinen ondenkbaar. Hier staat de
aandeelhouder centraal en die verdient op dit moment niks. Dan is het middel
erger dan de kwaal, waarschuwt Trump. In wezen willen ze een heftige
kortdurende uitbraak, zodat in november het herstel zichtbaar is en Trump de
verkiezingen kan winnen. Het kost wat mensenlevens, maar kijk eens hoeveel er
in het verkeer omkomen en we sluiten de wegen toch ook niet? Dat zegt hij ook..
Hier in Apalachicola is het alles tot stilstand
aan het komen. Vandaag gaat Café con
Leche dicht. Sommige restaurants werken nog met een afhaalsysteem, maar er
zijn nauwelijks toeristen (het strand is gesloten) en open blijven kost meer
dan het oplevert. De supermarkt, de pharmacy en de tankstations blijven open.
Dagelijks maken we een lange wandeling. Gisteren ontdekten we een boardwalk
door het moeras. Eén keer in de drie dagen kopen we eten. De garnalenvisser
Tommy geeft ons drinkwater en wat we maar nodig hebben.
Grote hulp is
John van de galerie. Hij leent ons zijn fietsen en heeft ons verzekerd dat hij
genoeg belangrijke mensen kent om te voorkomen, dat ze ons wegsturen.
John’s ouders waren steenrijk. Zijn opa is één de
oprichters van Caterpillar en zijn vader is van Xerox. Om hun kinderen
bekommerden zijn ouders zich weinig, hij verkeerde meestal bij een zwart gezin,
dat voor de familie werkte. Hij gaf ons de roman The Help, dat over een blank kind gaat, dat min of meer door een
zwarte hulp is opgevoed: That’s my story.
We konden alles uitvreten wat maar kon, zegt hij, je hoefde alleen maar je naam
te noemen en het werd geregeld. Zijn moeder woont nu aan de overkant en heeft
een speeltuin gebouwd voor arme kinderen. Ze heeft ook een steiger, desnoods
kunnen jullie daar liggen, zegt hij. Morgen gaat hij Rommy’s haar knippen met
de nodige voorzorgen. Ik hoef niet, want de barber in Mobile heeft me bijna
kaal geschoren.
We willen ook wel
door naar onze vrienden Heike en Herwich in St Petersburg, maar de steigers zijn
daar gesloten en de kustwacht stuurt aankomende boten weg.
Zal ik naar de
Townhall of de Sherif gaan en overleggen? Niet doen zegt iedereen, geen
slapende honden wakker maken, zeker de politie niet... Dus maken we veel
praatjes met de bewoners (op 6 voet afstand) om te laten weten, dat we er zijn
en om informatie op te doen. En wat mij betreft: om lekker te lullen met zoveel
mogelijk southern accent.
De zeilboot
cruisers zijn een campagne gestart om Guatemala weer in te mogen. Er staan al
54 boten op de lijst. Dat is meer dan 100 personen, een paar zullen het virus
hebben. Guatemala zal zijn schaarse medisch voorziening nog meer moeten
belasten....
Mobile. Alabama. Eindelijk een warme dag. Tijd voor de korte
broek. Ik doe een bijkleurend T-shirt aan en zie later dat het er één is met
eenCorona
Extra reclame. Waren goedkoop in Mexico, maar geen goede keuze. De geniale president heeft een heel
doeltreffende maatregel genomen tegen het “buitenlandse virus”: hij heeft de
belasting verlaagd! Zijn favoriete maatregel. En het zal allemaal erg meevallen
zegt hij, straks wordt warmer en dan is het zo voorbij. Het is een hoax van de
Democraten. Dat zeggen ook 4 republikeinse senatoren na een briefing door wetenschappers en verkopen
hun aandelen.
De President van
Guatemala heeft gisteren aangekondigd, dat Europeanen het land niet meer in
mogen. We zijn benieuwd hoe dat uitpakt voor ons. We hebben al een vliegtuig
geboekt, die half juni uit Guatemala City vertrekt. Eind mei willen we Guatemala
weer in. Hij had beter de belastingen kunnen verlagen.
Maar de geniale
president hier heeft nog een andere favoriete maatregel: de grenzen sluiten
voor vreemdelingen. Nou wordt het onduidelijk hoe het voor ons verder gaat. Ook
voor Lynn, die al een vliegreis naar de Hunduras eilanden heeft geboekt. In het
ergste geval zijn we ons geld kwijt, aangenomen dat wij niet doodgaan aan het
virus. We kunnen altijd in de USA blijven. Niet hier met alle orkanen, maar
langs de Oostkust omhoog tot Annapolis of weer naar New York. Het nu nog te
vroeg om iets te besluiten.
We zijn trouwens
in Pensacola, de oudste stad van de USA. Ze zeiden in St Augustine, dat ze de
oudste waren, maar de Spanjaarden bouwden hier eerder een nederzetting. Van de
eerste Spaanse periode resten enkel nog wat fundamenten en potscherven. Van de
Engelse en tweede Spaanse tijd is meer te zien. Maar het mooiste zijn toch de
straten met gebouwen uit het begin van de vorige eeuw. Alles mooi opgeknapt en
overal borden met toelichtende teksten. Bijvoorbeeld over het gebouw waar de
eerste sit-ins werden gehouden. Zwarte
mensen gingen in een whites-only restaurant zitten en bestelden iets. Ze werden
steevast door de politie verwijderd. Pas in 1966 is de segratie afgeschaft. In
het park staat een beeld van MLK.
De barbershop heeft een bordje met reclame
voor Hollandse reuzel aan de deur hangen. Ook is er de plek waar ze John Wesley
Hardin hebben doodgeschoten (bekend bij Dylan liefhebbers).
Het historisch
museum verspreid zich over diverse gebouwen. Onder meer is er een houtzagerij,
een huis met interieur uit 1952 (al met koelkast en wasmachine) en de bar van Trader Jon, waar de testvliegers,
stuntvliegers (Blue Angels) en astronauten van de nabijgelegen basis hun bier
dronken. In een zaaltje ernaast is een historisch tableau: een hut omringd met
gras. Echt gras, dood gras. Het geeft me een hooikoortsreactie: hoesten en
niezen. Ik vlucht naar de volgende zaal. Hoestend en niezend, de aanwezigen
stuiven uiteen. Ik ga naar het achterste deel van de gang, boos nagekeken door
de Amerikanen. Als ik iets gezegd had, hadden ze gehoord dat uit Europa kom. Het
hoesten houdt op en ik kan mijn weg
vervolgen.
Op de bovenste verdieping van het museum is een tentoonstelling over de censuur in de comics. Veel orginele Marvel-strips. Een afbeelding speciaal voor Victor.
Vanuit Pensacola
nemen we dezelfde route als op de heenweg. Ankeren bij St Edwards Park. Veertig
nMijl buitenom verder, bij de inlet van Destin houden we een rode ton aan (red
right on return) en belanden in 1 m diep water. Deze ton ligt al een jaar op
een zandbank naast de geul, de coastgaurd gaat er niet over zeggen ze, ze hebben het
doorgegeven. Na weer veertig nMijl buitenom steken we bij de brug van White
City een haventje met publieke steigers en hellingen in. We maken vast bij een
bordje No Overnight Mooring.
De tocht over de
rivier is prachtig, lekker zonnetje, geen wind en we zijn weer de enigen. Ik
zie twee keer een American Bold Eagle in een dooie boom zitten. We ankeren
tegenover Apalachicola. Dan hebben we weer weer telefoon en internet en lezen de berichten over de
virustoestand. Het ziet er naar uit, dat we niet naar een ander land kunnen.
Heike en Rommy telefoneren, ze liggen met de Worlddancer bij St Petersburg en hebben daar vrienden
met auto’s. Heike raad ons aan één keer per dag naar de corona-berichten te
kijken, niet vaker want dan wordt je gek. Maar is niet veel ander nieuws: Biden wint en neemt een vrouw als running-mate, dat is goed nieuws. Over een week gaan we die kant op, als de wind meewerkt.
We drinken koffie
bij Cafe con Leche, een erg informele
tent met perfecte koffie (van de Muddy
Waters Coffee Company). De mensen die er werken spreken Engels en Spaans. De donde eres? Vragen we een vrouw. Uit
Guatemala, we hebben wat te praten...
Teruglopend passeren we een
galerij/fashionwinkel met mooie beschilderde zijde. De winkelier komt naar
buiten en vraagt: Are you Dutch? Ja,
kan je dat zien dan? Ja, juliie lopen zo rechtop en krachtig. Hij heeft jaren
bij de Dam gewoond en vindt Nederland perfect. Dat valt volgens ons wel mee,
maar John (we maken kennis zonder handen te schudden) blijft erbij. Honderd
procent perfect. Hij lijkt op Rembrandt en is dus schilder. Hij geeft ons zijn
nummer en zegt dat we hem overal voor kunnen bellen.
We lezen ook het
Nederlandse corona-nieuws: de Groningse corpsstudenten gingen toch in Italië skien, men koopt wc-papier, men applaudiseert, men zingt You'll never walk alone, de ouders krijgen het geld van kinderopvang terug, de bejaarden krijgen een supermarkt uurtje en Rutte neemt een PvdA-er op in zijn cabinet. Dat laatste is klasse.
Van Panama City langs een kust met hoge
flats. Een soort Belgische kust, maar dan groter en meer. Alles is hier groter
en meer. We vangen eindelijk weer eens een vis, een bonito. Gestopt in Destin.
Ziet er toeristisch uit, we zijn niet aan land gegaan. Na Pensacola de Intra Coastal
Waterway (ICW) op, veel vakantiehuizen met eigen witte strandjes
en een steiger.
De baai van Mobile
is 30 nMijl diep, een soort Ijsselmeer, maar dan kleiner. We leggen de derde
dag aan in de Dog River Marina bij Mobile (spreek uit: mobil). Drie oude
kerels runnen deze vervallen marina, die vooral een reparatie werf is. Er is
een oude Toyota om boodschappen mee te doen, een goede WestMarine winkel en de
Yachtclub aan de baai is 3 dagen per week open. `
De twee dockmasters
zijn geen grote praters, maar als je volhoudt komt er wel wat uit. Bijvoorbeeld
vertelt Wes, dat hij op 8-jarige leeftijd met zijn moeder uit New York kwam.
Hij trok op met zijn identieke tweeling-broer. Die broer is 2 weken gelden is
overleden. Had ik het wel even moeilijk mee, zegt ie. Hij is nog steeds een
Yankee fan.
Na vier keer lukt
het me via internet tickets voor de Greyhound naar New Orleans te bestellen. Af
te halen (will-call), want we gebruiken onze reisprinter zo weinig mogelijk.
Onze bus gaat om 2.20 pm, we gaan in de ochtend Mobile verkennen. Leuk stadje, al een beetje New Orleans sfeer. Een
prachtige zaak met jasjes, schoenen en hoeden in 30 jaren stijl. Er is een
groot maritiem museum, modern en educatief. Lijkt op het museum in Rotterdam,
maar dan groter en meer.
Ik haal de tickets
bij het loket in het Greyhound. I hope you have a ticket for your wife, you
ordered only one. Zegt de mevrouw. We
need two tickets, can I buy an extra? No, the bus is full. Next bus is 3.30 am.
Sometimes there is a vacant seat, but that lady over there is also waiting for
a seat. Wat te doen? Twaalf uur
wachten op de nachtbus? Het is duidelijk, dat ik bij de vierde keer bestellen
vergeten ben het aantal op 2 te zetten. Andere passagiers doen een goed woordje
bij de mevrouw van het loket: deze mensen
komen helemaal uit Nederland, die moeten mee.... Twintig minuten na de
vertrektijd komen er geen pasasagiers meer bij Gate 4. Ik ga er heen om te
vragen of er lege stoelen zijn, maar de contoleur aan de gate loopt net weg.
Als ik me omdraai komt de mevrouw van het loket met Rommy aan de arm aanlopen.
Ze neemt mij bij de andere arm en schuift ons in de bus: take an empty seat.
Zo zit Rommy
gratis in de Greyhound naar New Orleans, Louisiana. De Highway 10 voert langs eindeloze
swamps, afgewisseld met bossen. Om de 100 meter een billboard met reclame voor
schade-advocaten (Better call Saul)
en optredens in het casino (20 maart:
Neil Sedaka). De Greyhound bussen zijn trouwens oud en rammelig. De passagiers
zijn arm en bijna allemaal Afro-American.
We hebben een Airb&b
in een rustige woonwijk dichtbij het centrum. De bewoonster Lulu is kok,
actrice en vurig aanhanger van Bernie. Het huis staat aan een groot grasveld
met een groot gebouw, dat een tehuis voor moeilijk opvoedbare jongens is
geweest. Louis Amstrong heeft er gezeten, nu is het een gebouw met
gemeente-ambtenaren.
Bij de bushalte
naar de stad vertelt een mevrouw over de orkaan Katrina. Ze wijst waar de huizen zijn weggespoeld. Het water stond
2,5 meter hoog. Haar man had een boot in de tuin en bracht het gezin in
veiligheid op de 1e verdieping (2nd floor) van het jongens-tehuis.
Daarna heeft hij nog 65 mensen, die op hun zolder zaten naar het tehuis gebracht.
Zo’n zolder (attic) heeft geen ramen, ze sloegen van binnen uit een gat in het
dak.
In het centrum is een Katrina
tentoonstelling. In de hal de vernielde piano van Fats Domino. Het is heel volledig en inzichtelijk. Een beetje hetzelfde verhaal
als Zeeland 1953. Veel gewone mensen, die zich als held gedroegen en een falende
overheid. Ook ongeveer 2000 doden. Bijzonder zijn de foto’s van politie
agenten, die met geweren op ongewapende burgers schieten. Zes doden, pas 10
jaar later is er onderzoek naar gedaan. Ook bijzonder is het laatste paneel
over de Dutch Dialogs: open
gesprekken met Nederlandse experts. Er zijn tekeningen van samenhangende plannen
voor dijken, pompen en het CityPark als overloop gebied. De samenhang
ontbreekt nog steeds. En men steekt hier
liever geen geld in publieke dingen, de straten zijn net zo slecht als in
Guatemala.
En agenten
schieten nog steeds op ongewapende zwarten.
We lopen tot onze
benen niet meer kunnen door de French
Quarters. Het is heel schilderachtig met veel jazz-muziek, maar de beroemde
Bourbonstreet is kapot gemaakt door het massa-toerisme Het is er commercieel en
druk. Een soort Damrak, maar groter en meer. De mooiste straat is nu Frenchman Street, jazzclubs, kunstmarkt
en restaurants. ’s Avonds klinkt uit elke kroeg muziek, als het je bevalt loop
je naar binnen.
De tweede dag
nemen we eerst de fiets. We fietsen langs de Mississippi en dan naar City
Park. Een park in de stijl van Central Park in NY, maar groter. Op de
terugweg bezoeken we het parkje naast het Louis
Amstrong Park, waar de slaven op zondag mochten bijeenkomen en waar de jazz
en gospel is ontstaan. Na het fietsen lopen we naar het WW2 Museum. Een gigantisch groot museum, dat de Amerikaanse oorlog
in Europa en de Pacific nauwkeurig en confronterend in beeld brengt. Ook een
grote afdeling over het thuisfront. De wapenindustrie (een vliegtuig per uur),
maar ook het interneren van de Amerikanen van Japanse afkomst wordt zonder
omhaal vertoond. De bewegende installaties, de films, de opstellingen, het
geluid is allemaal zeer goed gedaan. We zijn diep onder de indruk.
Aan de kassa
vraagt de vrouw of ik militair ben geweest. Yes, but not in this country. Does not matter, any country is fine. Zo krijg ik extra korting bovenop mijn
bejaardenkorting dankzij mijn 3 maanden dienst die eindigde in een S5.
In het City Park staat het Museum of Modern Art, het MOMA.
Een soort Boymans, maar groter en meer en met een beeldentuin waar alle bekende
beeldhouwers zijn neergezet. We gaan er heen met een historisch trammetje.
Een mevrouw leidt
ons rond langs verschillende portretten. Bij een “tronie”van Willem van Mieris,
een portret van een negermeisje, noemt ze het een African American. We merken
op dat Afro Americans in de 17e eeuw nog niet bestonden. Ze zegt: ja,
dat is er zo ingehamerd. In het restaurant is een verbouwing aan de gang, er
hangt een bordje met een tekst, die we ook al eerder zagen: Pardon our Progress, wat betekent: sorry
voor de overlast. Steeds hoor je van dergelijk positief taalgebruik. Between jobs. Vertically challenged, alsof
je langer kan worden als je maar je best doet..
De Greyhound terug zou om 9.25 pm gaan, maar
ze zeggen aan het loket (twéé kaartjes)
dat hij pas om 11.15 gaat. En dan gaat hij toch om 9.25 uur en zijn we
om 12 uur weer in de Dog River Marina. Nic de eigenaar is ook de nachtwaker. In
tegenstelling tot de dockmasters is hij een gemakkelijke prater. We staan nog
een half uur in de nachtelijke kou met hem over boten te praten.
Een dag voor
inkopen in de Walmart en knippen bij de Barber Shop en dan gaan we de terugreis
beginnen. Eerst naar Pensacola, voor
de de naam aleen al en voor een klusje aan de rubberboot. Dan maar eens kijken
welke wind er waait.